donderdag 27 oktober 2011

Het schoolplein

Ik haal iedere dag mijn twee jongste kids uit school. Normale Franse scholen zijn om vier uur, of zelfs half vijf pas klaar, maar op deze school gaat om drie uur de bel al. Mijn kinderen gaan namelijk niet naar een openbare school, stel je voor. Ieder Frans gezin dat enigszins ruim in het geld zit, zorgt ervoor dat hun kinderen niet bij het plebs op openbare scholen komt te zitten. Mijn kinderen hebben dus ook nog nooit een voet in zo'n ordinaire school gezet. Nee, mijn engeltjes gaan naar het tweetaling onderwijs, op één van de beste scholen van Frankrijk. Daar haal ik ze dus op.

Vroeger, bij mij op de basisschool, rende iedereen gillend en gelukkig naar buiten als de dag voorbij was. Tegen kwart over drie rende je dan richting het plein waar de ouders stonden, om te checken of je moeder er al was. Samen fietste je dan naar huis, kletsend over de dolkomische situaties van je schooldag.

De Franse versie van dit verhaal:
De kinderen komen rond drie uur het grijze blok dat hun school is uitgemarcheerd, twee aan twee, als echte toekomstige Franse modelburgers. Vanaf vijf voor drie gaat er iedere vijf minuten een bel. Op iedere bel komen er twee klassen naar buiten gemarcheerd, één klas per schooldeur. Op het schoolpleintje (dat aan alle kanten is afgesloten door een dik hek) moeten ze in de buurt van de juffrouw blijven wachten. Zodra ze hun ouder, nanny of au pair zien, gaan ze toestemming vragen om weg te mogen. De juf kijkt of de juiste ouder/verzorger klaar staat, en geeft vervolgens het kind mee.

De ouders staan vanaf ongeveer kwart voor drie al te wachten. (Bijna alle kinderen worden opgehaald door au pairs en nanny’s. De ouders in dit stuk vertegenwoordigen maar een klein deel van de wachtende menigte bij de schoolhekken.)  Ze staan verspreid over de 30 m² voor de hekken, druk bellend en mailend met hun iPhones en blackberry’s. Zodra de eerste bel gaat, is het alsof de Drie Dwaze Dagen van de Bijenkorf begonnen zijn. Moeders en een enkele nanny's rennen naar de hekken. Klikkende hakjes alom. Zodra het eerste kind in zicht is, breekt het geblèr los. Hysterisch vrolijk begint het vrouwvolk namen te gillen. Ik heb medelijden met de enkele vader die er (inmiddels met hoofdpijn) tussenstaat.

De moeder met wie ik net nog stond te kletsen, is zich nu naar voren aan het ellebogen. ‘Gaspard!’ gilt ze. ‘Joehoe, Gaspard! Mammie is hier!’. Ze zwaait enthousiast met haar gemanicureerde hand, waarmee ze nog steeds haar blackberry vasthoudt. Zodra ze het kind in haar klauwen heeft gekregen, stampt ze ermee weg, richting de auto die dubbel geparkeerd staat.
Ze is niet de enige, zie ik. Links en rechts zie ik ouders hun kinderen meesleuren, want mammie heeft een afspraak en pappie heeft een vergadering. De verhalen over hoe de schooldag was zullen moeten wachten tot ’s avonds, als de ouders vijf minuten tijd maken voor hun kroost, voor ze hen door naar bed sturen.

Omdat ik weiger mee te doen aan het dolle-vrouwen-circus, vertrek ik meestal als een van de laatsten, samen met wat andere au pairs en kids. Axelle en Robin vinden het niet erg om te wachten. Terwijl we naar huis slenteren kletsen we over hun dag, en wat we die middag gaan doen. We hebben toch alle tijd.

1 opmerking: